wet kwaliteitsborging in de bouw
Gepubliceerd: 15-05-2019 Laatste update: 26-05-2019

De Eerste Kamer heeft gisteren, dinsdag 14 mei 2019, het wetsvoorstel Kwaliteitsborging voor het bouwen aangenomen. Wat regelt deze wet en wat betekent de invoering ervan straks voor zelfbouwers?

foto: Hans Kouwenhoven

Private bouwplantoetsing

Met deze nieuwe wet, die in de wandelgangen ook wel wordt aangeduid met 'private bouwplantoetsing', verandert de relatie tussen de opdrachtgever, de bouwconsument en de bouwende partijen ingrijpend (voor meer informatie zie de volledige tekst van het aangenomen wetsvoorstel). Wat wordt er in de nieuwe wet geregeld?

  • Er worden verschillende categorieën bouwwerken aangewezen die in de toekomst met behulp van verschillende instrumenten voor kwaliteitsborging zullen worden getoetst. Onder een 'instrument voor kwaliteitsborging' wordt verstaan: een beoordelingsmethodiek die tot doel heeft vast te stellen of er een gerechtvaardigd vertrouwen bestaat dat het bouwen van een bouwwerk voldoet aan de voorschriften. 
  • De toetsing wordt uitgevoerd door een 'kwaliteitsborger'. Dat is een natuurlijk persoon of rechtspersoon die met toestemming van de instrumentaanbieder een toegelaten instrument voor kwaliteitsborging toepast.
  • Een instrumentaanbieder is een natuurlijke persoon of rechtspersoon die een aanvraag tot toelating van een instrument voor kwaliteitsborging tot het stelsel van kwaliteitsborging voor het bouwen indient bij de toelatingsorganisatie. 

Wat betekent dit in de praktijk? 

De huidige praktijk is dat een opdrachtgever een omgevingsvergunning aanvraagt bij de gemeente en dat de gemeente de partij is die het bouwplan toetst.

Met de invoering van de nieuwe wet gaat er veel veranderen. Private personen en partijen kunnen nu eigen methodieken ontwikkelen waarmee kan worden getoetst of een bouwwerk aan de voorschriften voldoet. Nadat deze methodieken door de toelatingsorganisatie zijn goedgekeurd, mogen private personen en rechtspersonen met toestemming van de eigenaar van zo'n methodiek (de instrumentaanbieder) toetsen of een bouwwerk aan de voorschriften voldoet. De instrumentaanbieder moet waarborgen dat de toetsing op de juiste manier plaatsvindt. Als dat niet gebeurt, kan de toelatingscommissie ingrijpen door het toegelaten instrument tijdelijk te schorsen of in te trekken. Instrumentaanbieders moeten de toelatingsorganisatie op allerlei vlakken verplicht informatie verstrekken, zodat de toelatingscommissie deze toezichthoudende rol goed kan uitvoeren.

Toelatingsorganisatie en register

De toelatingsorganisatie zal bestaan uit maximaal drie leden die voor een periode van maximaal vier jaar worden benoemd. Zij kunnen eenmalig worden herbenoemd. Deze drie leden worden in de uitvoering van hun taken ondersteunt door personeel. De toelatingsorganisatie gaat beoordelen of instrumenten voor kwaliteitsborging worden toegelaten en zal een register bijhouden waarin onder andere wordt bijgehouden welke instrumenten van welke instrumentaanbieders zijn toegelaten voor welke soorten bouwwerken. In het register wordt ook de informatie opgenomen die deze instrumentaanbieders aan de toelatingsorganisatie verstrekken en het geeft ook inzicht in de waarschuwingen die instrumentaanbieders van de toelatingsorganisatie hebben gekregen en in schorsingen of intrekkingen van eerder toegelaten toetsingsinstrumenten. De instrumentaanbieders zijn hiervoor een vergoeding verschuldigd aan de toelatingsorganisatie. Het register kan door iedereen kosteloos worden opgevraagd.

Relatie tot gemeente

De toetsing van bouwplannen gaat plaatsvinden door private partijen, maar de gemeente blijft de partij die de vergunning formeel afgeeft. Belangrijk is dat de toetsing niet meer alleen geschiedt op basis van tekeningen, rapportages en berekeningen. Ook na de verlening van de vergunning (tijdens de uitvoering) zal straks worden getoetst of de voorschriften worden nageleefd. Dat laatste blijft een taak van de gemeente. 

De leges die aan de gemeente verschuldigd zijn bij de verlening van een omgevingsvergunning, zullen (als het goed is) lager worden (de gemeente hoeft het bouwplan tenslotte niet meer zelf te toetsen). Wel moet in plaats daarvan straks een vergoeding worden betaald aan de private partij die het bouwplan toetst. Er ontstaat dus meer marktwerking. Het is nog te bezien of dit per saldo tot lagere kosten zal leiden. 

Relatie tot aannemer

Bij de oplevering van een bouwwerk moet de aannemer straks aantonen dat aan de regelgeving is voldaan. Wanneer bij oplevering blijkt dat een bouwwerk niet volgens de regelgeving en gemaakte afspraken is gebouwd, krijg je als opdrachtgever betere mogelijkheden om de aannemer aan te sporen tot herstelwerkzaamheden. Ook is de aannemer verplicht je vooraf goed te informeren over de manier waarop risico's tegen schade door het niet nakomen van de verplichtingen en de gebreken na de oplevering zijn afgedekt.

Om de positie van zelfbouwers te verbeteren, wordt het opschortingsrecht van de particuliere opdrachtgever aangescherpt. Het depotbedrag wordt pas door de notaris in de macht van de aannemer gebracht, nadat je als opdrachtgever door de aannemer in de gelegenheid bent gesteld aan te geven of je van dat opschortingsrecht gebruik wenst te maken. Of in gewoon Nederlands: je kunt het laatste deel van je betaling aan de aannemer naar de notaris overmaken. Dat deel wordt pas door de notaris uitgekeerd aan de aannemer als deze aan alle afspraken heeft voldaan.